|
Symptomen
> Pijn is het belangrijkste symptoom van artrose.
Deze pijn treedt aanvankelijk op bij het starten van bewegen en bij langdurig
belasten. De pijn neemt vaak toe naarmate de dag vordert. In latere fasen is
er ook pijn in rust en nachtelijke pijn.
Bij heupartrose zit de pijn meestal in de lies en aan de voor- en zijkant van de heup, soms in het bovenbeen of uitstralend naar het bovenbeen en de knie.
Bij knieartrose bevindt de pijn zich meestal in en rondom de knie, maar soms kan de pijn ook gelokaliseerd zijn in het bovenbeen of de heup
> Stijfheid bij artrose is meestal startstijfheid, die na enkele minuten verdwenen is.
> Aan de gewrichtsranden kunnen benige zwellingen (osteofyten) worden gepalpeerd, die gevoelig zijn bij druk. Naast benige zwelling kan er sprake zijn van weke delen zwelling.
> Karakteristiek voor artrose zijn crepitaties (kraken) die worden gehoord en gevoeld en waarschijnlijk worden veroorzaakt door ruwe gewrichts-oppervlakken en de benige verdikkingen aan de gewrichtsranden, die langs de kniebanden strijken.
> Daarnaast kunnen standsafwijkingen en/of instabiliteits problemen ontstaan bij het uitvoeren van dagelijkse activiteiten zoals lopen, traplopen, gaan zitten en opstaan en sokken en schoenen aantrekken.
Risicofactoren
* Geslacht (vrouwen > mannen)
* Overgewicht (BMI >30)
* Werk
* Artrose in de familie
* Trauma in het verleden
* Operaties
* Spierzwakte
De rol van de fysiotherapeut
Voor de fysiotherapeut is in de verschillende fasen van de aandoening een rol weggelegd. De fysiotherapeut begeleidt een patiënt bij het proces van verbeteren en/of leren omgaan met de klachten en beperkingen in activiteiten in het dagelijks leven. De artrose zelf is niet te beïnvloeden door de fysiotherapeut. De gevolgen van de aandoening, zoals beperkingen in activiteiten en participatie, verminderde inspanningstolerantie of spierkracht echter wel. Op deze gebieden speelt de fysiotherapeut een belangrijke rol in het beloop van artrose.
De behandelmethoden die de fysiotherapeut ter beschikking heeft zijn het geven van informatie en voorlichting, oefenen en sturen en manuele verrichtingen.
| 
